Welke bestuurders moeten hun vakbekwaamheid bewijzen en hoe doen ze dat?

Hebt u bestuurders voor vracht- of personenvervoer in dienst? Dan bent u vast op de hoogte dat zij naast hun rijbewijs C of D hun vakbekwaamheid moeten behalen én behouden. Maar hoe zit de vork precies in de steel?

Het doel van het vakbekwaamheidsbewijs is om de rijcompetentie van professionele bestuurders voor vracht- en personenvervoer op peil te houden. Wie slaagt voor het examen krijgt als bewijs de code 95 op zijn rijbewijs naast de categorie C (C, C1, C+E of C1+E) of D (D, D1, D+E of D1+E).

Hoe halen en behouden bestuurders hun vakbekwaamheidsbewijs?

Bestuurders kunnen op drie manieren hun vakbekwaamheidsbewijs behalen:

  • samen met het rijbewijs, via een gecombineerd examen;
  • apart, via een initieel basiskwalificatie-examen;
  • via een complementair basiskwalificatie-examen, als de bestuurder de vakbekwaamheid voor groep C of D al bezit en die ook voor de andere groep wil behalen.

Het bewijs is vijf jaar geldig. Om hun bewijs na die periode te verlengen, moeten bestuurders 35 uur nascholing volgen bij een erkend opleidingscentrum.

Voor wie is vakbekwaamheid niet van toepassing?

Bestuurders hoeven geen vakbekwaamheid aan te tonen als ze rijden met:

  • voertuigen met een maximaal toegelaten snelheid van 45 km/u;
  • voertuigen voor strijdkrachten, civiele bescherming, brandweer, handhaving van de openbare orde of controle ervan, bij vervoer voor professionele doeleinden;
  • testvoertuigen, voertuigen voor onderhoud en herstellingen enz.;
  • voertuigen die gebruikt worden in nood of voor reddingsopdrachten;
  • voertuigen voor niet-commercieel vervoer voor privédoeleinden;
  • voertuigen om materiaal, apparatuur of machines te vervoeren, als een voertuig besturen niet de hoofdactiviteit is van de chauffeur.

Sinds 1 mei 2020 is het vakbekwaamheidsbewijs ook niet meer van toepassing voor bestuurders van voertuigen:

  • van medische noodvervoersdiensten, bij vervoer voor professionele doeleinden;
  • voor niet-commercieel vervoer van personen of goederen;
  • voor niet-commercieel vervoer van humanitaire hulp;
  • waarvoor een rijbewijs D of D1 vereist is, bestuurd door onderhoudspersoneel (zonder passagiers) naar of van een onderhoudscentrum in de omgeving van de dichtstbijzijnde onderhoudsbasis, als een voertuig besturen niet de hoofdactiviteit is van de chauffeur;
  • voor het vervoer van goederen door landbouw-, tuinbouw-, bosbouw-, veeteelt- of visserijbedrijven, behalve als een voertuig besturen deel uitmaakt van de hoofdactiviteit van de chauffeur of het voertuig zich verder dan 100 kilometer van de onderneming begeeft.

Wat is het verschil tussen vakbekwaamheid en rijgeschiktheid?

Het vakbekwaamheidsbewijs is een aanvulling op het rijbewijs. Het toont aan dat een chauffeur om professionele redenen een voertuig mag besturen.

Een rijgeschiktheidsattest bewijst dat een bestuurder lichamelijk en geestelijk geschikt is een voertuig te besturen. Wie een rijbewijs C of D heeft, valt onder groep 2 en is verplicht een rijgeschiktheidsattest te halen. Hier leest u meer over het rijgeschiktheidsattest.

Het rijgeschiktheidsattest is net als het vakbekwaamheidsbewijs vijf jaar geldig. Beide periodes kunnen samenvallen, maar dat is geen vereiste.

Corona: verlenging geldigheid attesten

Door het coronavirus konden heel wat medewerkers de voorbije maanden hun vakbekwaamheidsbewijs en/of rijgeschiktheidsattest niet verlengen. Daarom heeft de overheid beslist om de geldigheid van:

  • vakbekwaamheidsbewijzen die verlopen tussen 31 januari en 1 september 2020 automatisch met 7 maanden te verlengen (geldig in de volledige EU);
  • rijgeschiktheidsattesten die verstrijken na 15 maart 2020 automatisch te verlengen tot en met 30 september 2020 (enkel op Belgisch niveau).