Pesten op het werk: 3 stellingen onder de loep

Een misplaatste grap, een negatieve uitlating, informatie achterhouden … pesterijen nemen vele vormen aan. Pestgedrag verziekt de werksfeer en het mentale welzijn van de getroffen medewerkers. Ellen Waldack, preventieadviseur psychosociaal welzijn, krijgt drie gangbare stellingen voorgeschoteld. De conclusie: “Pesten verhinderen en aanpakken is een taak van iedereen."

1. “Pesterijen zijn een subjectieve beleving”

“De wet psychosociale risico’s op het werk definieert pesten erg ruim, wat het in realiteit moeilijk maakt om pestgedrag duidelijk af te bakenen. Alle gedragingen kunnen immers gezien worden als pesterijen, afhankelijk van hoe de betrokkene dit ervaart.

We onderscheiden daarom intentioneel en niet-intentioneel gedrag: was het pesten een doel op zich? Of eerder een gevolg van een handeling, zoals een misplaatste grap of een negatieve evaluatie? Een preventieadviseur psychosociaal welzijn velt hierover geen oordeel, maar zal het pestgevoel minstens erkennen.

Bij een eenmalige gedraging, handeling of uitspraak kan er geen sprake zijn van pesten. Bij pesten gaat het altijd om meerdere feiten die zich in de loop van de tijd opstapelen, gericht tegen eenzelfde persoon. Is het niet-constructieve gedrag wederzijds, dan spreken we eerder van een conflict.”
 

2. “Pestgedrag is onvermijdbaar”

“Dat klopt niet. Misschien ben ik te optimistisch, maar ik geloof dat als iedereen zijn verantwoordelijkheid neemt, pesten wel degelijk voorkomen kan worden. Als werkgever heb je daar een belangrijke rol in. Duidelijke afspraken over de waarden en normen binnen de organisatie helpen hierbij. Medewerkers moeten weten welk gedrag van hen wordt verwacht en wat niet door de beugel kan. Cruciaal hierbij is dat iedereen – ook de leidinggevende – volgens die regels handelt en dat werkgevers toezien op de correcte naleving ervan.

Het arbeidsreglement is een ideaal instrument om medewerkers te informeren over hun welzijn en psychosociale risico’s. Wat is de te volgen procedure bij mentaal onbehagen? Is er een vertrouwenspersoon aanwezig? En bij welke Externe Dienst voor Preventie en Welzijn op het Werk kunnen werknemers terecht? Communiceer duidelijk de contactgegevens, want medewerkers weten vaak niet waar ze moeten aankloppen.

Maar bovenal gaat het bij een goed anti-pestbeleid voeren over de juiste mensen op de juiste plaats hebben. Niet alle leidinggevenden beschikken over de noodzakelijke competenties om de boel weer recht te trekken als het fout loopt. Het probleem negeren lost niks op, maar doet het juist escaleren. Investeer daarom in de nodige opleidingen overgesprekstechnieken en conflicthantering.”
 

Ellen Waldack, preventieadviseur psychosociaal welzijn bij Mensura: "Het is een cliché, maar praten helpt. Wij raden werknemers die zich gepest voelen aan om, als dat mogelijk is, eerst het gesprek aan te gaan met de andere betrokken persoon."

3. “Praten helpt”

“Het is een cliché, maar praten helpt. Wij raden werknemers die zich gepest voelen aan om, als dat mogelijk is, eerst het gesprek aan te gaan met de andere betrokken persoon. Dat is natuurlijk geen eenvoudige taak en sterk afhankelijk van de situatie: de persoonlijkheid van de betrokkene, het bestaan van een hiërarchische relatie, het wel of niet aanwezig zijn van een open gesprekscultuur binnen de organisatie enzovoort. Je kunt medewerkers trainen in het geven van constructieve feedback.

Helpt praten niet of is dit te moeilijk? Dan adviseren we de werknemer om bij een leidinggevende aan te kloppen. Die kan bemiddelen of de hulp inroepen van HR, een vertrouwenspersoon of de preventieadviseur psychosociale aspecten. De werknemer kan ook rechtstreeks bij deze instanties terecht.

Hetzelfde geldt voor medewerkers die merken dat een collega wordt gepest. Zij kunnen de betrokkene aanspreken over zijn gedrag of dit hogerop melden. Met andere woorden, iedereen kan en moet zijn steentje bijdragen.”

Een pestvrije organisatie: een zaak van iedereen

Pesten op het werk verhinderen en aanpakken vraagt verantwoordelijkheid van de werkgever én werknemers.

 

Op organisatieniveau:
- Maak werk van een goed preventiebeleid.
- Creëer een open gesprekscultuur.
- Ga met de procedures aan de slag en luister naar de adviezen van de preventieadviseur.

 

Op het niveau van de leidinggevende:
- Heb aandacht voor people management.
- Leer op een juiste manier met moeilijke situaties en conflicten omgaan.

 

Op het niveau van de medewerkers:
- Communiceer en geef constructieve feedback.
- Geef het goede voorbeeld: neem zelf geen deel aan pesterijen.